In de Sint-Niklaaskerk te Gent is nu een tentoonstelling van kerststallen in opbouw.
Toen ik deze morgen de tentoonstelling bezocht, moest ik onwillekeurig terug denken aan een herinnering die een tante van mij neer schreef. Ze schreef het met een schrijfmachine in 1985. Het gebeuren speelt zich af in Merelbeke in 1933.
Pasen, Sint-Niklaas, Kerst en Nieuwjaar, alles hemels; maar Kerstavond dat was de primeur. Dagen op voorhand waren we in de weer. Takken werden verzameld van de oude bruine beukeboom - die afgewaaid waren - om onze kerststal ineen te timmeren. Stro kregen we van de boer. De witte beeldjes boetseerden we zelf. Vele uren werk waren het, maar de moeite werd beloond, want toen we met een oude kruiwagen onze stal naar de tentoonstelling brachten, kregen we meteen de eerste prijs.
Onze kerststal beschermden wij als een reliquie. Heel veel jaren heeft hij ons vreugde verschaft; hij stond altijd in het midden van het kerstgebeuren, omringd door gezang en de jaarlijks wederkerende wafelbak.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten